Lokaal meten, nóg beter weten
Verhaal uit de regioKan ik nu zaaien? Moet ik vandaag beregenen? En is dit het moment om te spuiten tegen schimmels? Dertig jaar geleden konden akkerbouwers nog blind varen op hun ervaring. Vandaag de dag helpt de techniek van AgroExact.
Plaatselijke plotselinge hoosbuien komen steeds vaker voor. Dan valt in korte tijd de hoeveelheid regen, die ‘normaal gesproken’ in een hele maand zou vallen. Terwijl het een eindje verderop droog is gebleven. Ook hebben we steeds vaker te maken met langere periodes van droogte. Het veranderende klimaat maakt het voor akkerbouwers lastig de juiste beslissingen te nemen om gewassen optimaal te laten groeien. ‘Precies daarom voorzien we agrariërs van lokale weers- en bodeminformatie’, aldus Niek van Andel, een van de oprichters van AgroExact, gevestigd in ‘s-Hertogenbosch.
Forse besparingen
De weerstations van AgroExact meten het lokale weer zeer nauwkeurig. Verder profiteren akkerbouwers van slimme meetapparatuur, zoals bodemvocht- en gewassensensoren. Data van het veld zijn vervolgens zichtbaar in de AgroExact-app, waar bovendien adviezen aan gekoppeld zijn. ‘Zo weten akkerbouwers bijvoorbeeld wanneer en hoeveel beregening nodig is, en wat ze moeten doen om hun gewassen te beschermen’, aldus Niek. ‘Op ieder perceel afzonderlijk. Dat maakt timen en plannen makkelijker én helpt water, spuitmiddelen en diesel besparen. Dat is niet alleen voordelig voor akkerbouwers, maar ook voor de samenleving.’
Niek: ‘Stel, we hebben in Nederland een iets droger jaar dan normaal en iedere teler zou onze oplossingen gebruiken. Dan zou dat 132 miljoen liter diesel schelen – wat een aanzienlijk deel is van de totale dieselimport.’
‘Ook zouden we 165 miljoen kuub water kunnen besparen. Dat is vier procent van het IJsselmeer. Gemiddeld genomen zullen we de komende decennia echt nog wel voldoende water hebben in Nederland. Maar bij extreme droogte zal de overheid ook hier vragen om korter of minder te douchen, zoals in Spanje. Hierin moeten we niet naïef zijn. Bovendien kunnen we door lokaal te meten, voorspellen wat er waar aan regen valt en wanneer. Zo kunnen we het water ook beter vasthouden.’
Lokaler meten dan het KNMI
AgroExact telt nu zo’n 750 gebruikers. Vooral in Nederland en België, maar er staan ook sensoren in andere landen waar klanten percelen hebben. Zoals in Frankrijk, Denemarken en zelfs Canada. Niet gek voor een bedrijf dat pas in 2020 losging. ‘Sven Boogaard, Thomas Brocken en ik kwamen in 2016 op het idee voor AgroExact’, vertelt Niek over het begin. ‘Ik kwam een akkerbouwer tegen die lokaler wilde meten dan de 34 weerstations van het KNMI. Hij vroeg zich af of daar iets voor bestond. Toen ik erin dook, bleek dat er wel al mogelijkheden waren om te meten, maar niet als collectief. Maar doe je het alleen? Dan is het veel te duur. Deel je data en hardware? Dan is het betaalbaar voor iedereen.’
‘Toen ik er met Sven en Thomas over sprak, hadden we alle drie meteen zoiets van: laten we kijken of wij iets kunnen betekenen’, vervolgt de oprichter van het bedrijf. ‘We kenden elkaar van de middelbare school en vullen elkaar nu mooi aan. Sven deed Bedrijfskunde, Thomas volgde de opleiding Software Science en ik heb een achtergrond in de natuurkundige meteorologie. Toen zijn we gaan knutselen met sensoren en hebben we veel getest.’
Rabo Innovatielening
‘Twee jaar later was de eerste versie van de app beschikbaar. Die hebben we aan zeven akkerbouwers gegeven, waaronder de man die ik een paar jaar eerder trof. Daarna zijn we volop gaan testen. Vanaf 2020 ging het snel. We groeiden naar 45 gebruikers, gingen van werken in de avonduren naar onderdelen uitbesteden en ontvingen een Rabo Innovatielening. Met die lening konden we al testend nog meer stappen zetten.’
Impact
Ook dat lukte. AgroExact bleef dus groeien. Volgens Niek hebben ze het succes niet alleen te danken aan de techniek. ‘We zoeken alle drie continu naar hoe we nog meer agrariërs steeds beter en efficiënter kunnen ondersteunen. Mijn persoonlijke drijfveer is dat ik wat goeds wil doen met de kennis en het talent dat ik heb. Ik wil impact maken voor een ander. Het scheelt dat dit helemaal in mijn straatje past.’
‘Het weer is mijn vak. Waar die fascinatie vandaan komt? Dat zit er van jongs af aan in. Ik was er altijd mee bezig. Gaat het sneeuwen of niet? Kunnen we schaatsen of niet? Schijnt de zon morgen of niet? Teletekstpagina’s 703 en 704 kon ik dromen. Ik werd daarbij aangejaagd door mijn opa. Hij vertelde verhalen die enorm tot de verbeelding spraken. Over de winters van 1946, 1956 en 1963, de zomers van 1947 en 1976, en de stormen uit de jaren negentig. Ook nam hij me mee naar de Maas en de Waal bij hoog water. Daar leerde hij me over de invloeden van het weer.’
Serieus bedrijf
Inmiddels werken Niek en zijn compagnons aan nieuwe verhalen. Wie weet voor hun kleinkinderen. Voelt het al alsof ze zelf een bijzonder hoofdstuk aan het schrijven zijn? ‘Ik sta daar eerlijk gezegd nooit bij stil’, zegt Niek. ‘Wij zijn er ook maar ingerold… Wat me meer boeit, is de manier waarop Sven, Thomas en ik opnieuw bij elkaar zijn gekomen. Drie jongens uit Sliedrecht, Acquoy en Almkerk, die twaalf jaar geleden op de achterste rij in de klas zaten. Superverschillend, maar wel met een klik. Of het nou om een schoolproject gaat of om een serieus bedrijf. Wie had dát kunnen voorspellen?’
- Auteur: Bart van Grinsven
- Fotograaf: Marloes Kemps
Meer lezen over dit onderwerp?