St. Barbara: een begraafplaats met toekomst
Verhaal uit de regioWie aan een duurzame toekomst denkt, ziet niet direct een begraafplaats voor zich. Toch is duurzaamheid en vernieuwing bij St. Barbara in Utrecht Oost een actueel thema. Mede door de financiering van Rabobank kunnen zij de begraafplaats toekomstbestendig renoveren én een duurzaam crematorium bouwen.
Menig Utrechter is er al honderden keren langsgereden, maar slechts een select groepje wandelt regelmatig door de grote poorten van begraafplaats St. Barbara. Het is een bijna verborgen oase van rust en herinneringen, midden in de stad.
Directeur Karen Kolkhuis Tanke beschrijft: ‘Er staan drie gebouwen op onze grond. Een grote kapel, de ontvangstruimtes met keuken en het poortgebouw. Het grootste gedeelte stamt uit 1875 en is dus bijna 150 jaar oud. Dat brengt sfeer en historie met zich mee, maar helaas geen milieuvriendelijkheid. Dát gaan we nu dus aanpakken.’
Grootse plannen
Sinds haar eerste dag als directeur is Kolkhuis Tanke nauw betrokken bij de bouwplannen die in juni van dit jaar van start gingen. ‘Toen ik hier in 2018 kwam werken, sprak het bestuur al over de realisatie van een klein crematorium. We wilden zo snel mogelijk beginnen. Toch duurde het bijna vijf jaar voor de bouw begon. In die tijd hebben we het een en ander aangescherpt. De uiteindelijke plannen? Energieneutrale ontvangstruimtes en zo’n zelfde kantoor. Een warmtepomp, zonnepanelen, volledige isolatie en alles bestaande uit duurzaam materiaal. Als klapper op de vuurpijl: de bouw van ons eigen groene crematorium.’
Geen snelle start
De vergunning- en financieringsaanvraag verliep stroef. Bovendien waren de omwonenden tegen de plannen. ‘We kregen een vergunning, maar via een verkeerde procedure. Hierdoor mochten buurtbewoners weer bezwaar maken. Dat deden ze. De petities vlogen ons om de oren en in de media verschenen koppen als “Wij ademen hier straks verbrande mensen in”. Daar is natuurlijk niets van waar, maar dat wilde men niet horen. Na jaren gaf de Raad van State in Den Haag ons uiteindelijk een vergunning. Maar toen waren we er nog niet.’
Een flink bedrag
Het volgende obstakel? Dat was de financiering. Er lag een plan van aanpak en een vergunning, maar de portemonnee was lang niet toereikend. ‘We wilden in gesprek met verschillende banken, maar dat bleek geen makkelijke taak. Vanwege de aard van onze organisatie, vermoed ik. Een begraafplaats, een crematorium, de dood… Het schrikt af. Maar niet bij Rabobank. Die keken verder en zagen de groene gedachte. De renovatie kost miljoenen, waarvan zij een groot gedeelte aan ons wilden lenen. Dat was het laatste puzzelstukje.’
Sprekende cijfers
Die vijfjarige aanloop is goed benut. ‘Ondertussen volgden we innovaties binnen de branche op de voet. Toen was daar ineens de elektrische crematieoven – een veel duurzamere optie, die we nog net in onze plannen konden verwerken. Per crematie stoot hij zo’n 113 kilogram minder CO2 uit dan de gemiddelde gasoven. En ook het energieverbruik is ongeveer 85 procent lager. Dat zijn cijfers waar we trots op zijn. Ook bijzonder dat we de eersten zijn in de stad met zo’n oven.’
Elke stap telt
‘Met deze renovatie zetten we écht grote stappen. Maar de kleine mogen we ook niet vergeten. Zo planten wij al jaren bomen die veel insecten aantrekken, om de biodiversiteit te bevorderen. We hebben bijenkasten geplaatst om de bestuiving van onze gewassen te ondersteunen. En natuurlijk gebruiken we steeds minder bladblazers of snoeiapparatuur op benzine. Gaat zo’n benzine-apparaat kapot? Dan vervangen we die door een elektrische. En binnenkort worden die dus opgeladen met energie van onze zonnepanelen.’
Stijlvolle visie
Wordt deze negentiende-eeuwse gedenkplaats, gelegen aan de Hollandse waterlinie, dan ineens hypermodern? ‘Dat natuurlijk niet. We hebben een mooie geschiedenis en de gevels van onze gebouwen zijn monumentaal. Daar blijven we mooi vanaf. Hier geen knalgele gestucte muren of geasfalteerde paden.
Dat geldt ook voor het ontwerp van het nieuwe crematorium. Die past helemaal in de stijl van de begraafplaats, alleen dan gebouwd met duurzame materialen. En ontzettend goed geïsoleerd, zodat we de restwarmte kunnen gebruiken voor de verwarming van onze andere gebouwen. De grootste en meest duurzame veranderingen zie je niet eens echt, zoals het warmtenet, de isolering en zonnepanelen. Dat is goed, want zo houden we onze intieme en unieke uitstraling waar we zo trots op zijn.’
Een mooi doel
Als alles volgens plan gaat, is de bouw en renovatie volgend jaar juni klaar. ‘Ik ben enorm trots. Vooral als je bedenkt waar we vandaan komen en hoe lang we al bezig zijn om dit te realiseren. We houden trouwens geen wrok tegen de buurtbewoners die tegenstemden. Bij hen zie ik vooral emotie. Dan kan ik wel met rapporten wapperen, maar dat haalt hun gevoelens niet weg. Ik hoop dat ze onze goede intenties ook zien. Uiteindelijk staan mijn team en ik klaar om mensen een mooie laatste rustplaats te bieden. Om nabestaanden een prettige plek te geven om te rouwen en te herdenken. Als dat ook nog duurzaam kan, dan graag.’ <
- Auteur: Richelle Leijgraaff
- Fotograaf: Louis Wittebol
Meer lezen over dit onderwerp?